Zit het kruis van je broek vaak te laag wanneer je voor jezelf een broek maakt?
Je bent allemaal maar bezig om de kruisnaad aan te passen en het lukt je steeds weer niet?
Dat klopt het zit vaak niet in het kruis maar in de hoogte van de kruisnaad, de zithoogte.
De zithoogte is de afstand van kruis naar taille.
Om de juiste zithoogte te weten kun je het best een goedpassende broek nameten zoals hieronder.
>
>
>
Broeklengte.
Meet vanaf de tailleband (incl.) tot de zoom van de broek
>
>
>
Binnenbeennaad lengte.
Meet vanaf de kruisnaad tot onderkant zoom.
>
>
>
Bereken de zithoogte
Dit is het verschil tussen de broeklengte en de binnenbeenlengte
Voorbeeld: Broeklengte 100 cm min binnenbeenlengte 75 cm dan is de zithoogte 25 cm.
>
>
>
Meet nu de zithoogte na van het patroon
>
Teken vanaf de vouwlijn een haakse lijn die precies de punt bij de achterkruisnaad raakt, punt A
Teken deze naad door naar de zijnaad zodat punt B ontstaat.
C is de punt van taillenaad- zijnaad.
De afstand B-C is de gemeten zithoogte van het patroon zonder tailleband.
Tel bij deze zithoogte de gewenste taillebandbreedte op (want bij de broek hebben we ook de taillebandbreedte bij gemeten)
Dit is nu de zithoogte maat waarmee we aan de slag gaan.
>
>
>
Pas de zithoogte aan als volgt
>
Trek nu de zithoogte van het patroon af van de gemeten zithoogte van de bestaande broek.
Bv. Gemeten patroon 27, gemeten broek 25. 75-25= 2 cm
De broek is bij de zijnaad 2 cm te hoog
>
Voorpand
A-B
Teken een horizontale lijn in het voorpand, ongeveer op 3/4 van de middenvoorlijn, blauwe stippellijn.
Heeft het patroon een schuine steekzak, teken dan de lijn precies vanaf het begin van de steekzak.
Bij B meten we 2 cm ( de over lengte zoals hierboven berekend) naar beneden en dat wordt punt C
>
Achterpand
A-B
Teken een lijn in het achterpand van de zijnaad naar de middenachternaad en zorgt dat deze lijn de coupe raakt.
Bij B meten we 2 cm ( de over lengte zoals hierboven berekend) naar beneden en dat wordt punt C
>
>
>
Kijk nu bij jezelf waar je die te veel aan ruimte in hoogte kunt missen.
.
A .Het voor en achterpand beide verlagen.(voor een lichaam in balans)
B. Alleen het Achterpand verlagen (voor platte billen en een bolle buik)
C. Alleen het Voorpand verlagen (voor bolle billen en platte buik)
>
>
>
———————————————————————————————
A. Het voor en achterpand beide verlagen.
(Je vindt de broek te hoog en je wilt zowel het voor als achterpand verlagen)
>
>
Voorpand
Tekening 1
A-D is dezelfde afstand als B-C
Teken de rode lijn, D-C
Knip de lijn C-D door.
>
Tekening 2
Plak punt D op punt A en punt C op punt B
>
Tekening 3
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
Achterpand
>
Tekening 1
A-G is dezelfde afstand als B-C
Teken de rode lijn, C-G
Knip de lijn C-G door.
>
Tekening 2
Plak punt G op punt A en punt C op punt B
>
Tekening 3
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
———————————————————————————————
B. Alleen het Achterpand verlagen (voor platte billen en een bolle buik)
Je wilt die extra lengte in de kruisnaad voor om te voorkomen dat de broek middenvoor te laag wordt.
Voorpand
Teken de vouwlijn van de broek door zodat punt D en G ontstaat.
D-E is dezelfde afstand als B-C.
Teken nu een lijn van A naar E door naar C, blauwe lijn
>
Achterpand
A-G is dezelfde afstand als B-C
Teken nu een lijn van G naar C, blauwe lijn.
>
>
>
Voorpand
>
>
>
Tekening 1
Knip de lijn B door naar punt A, zorgt dat het patroon bij punt A een stukje vast blijft zitten, zodat er een draaipunt ontstaat
Knip de lijn D-G door zo ontstaat nu ook punt F
>
Tekening 2
Plak het zijvoorpand op de pijp Punt B op punt C en punt D op punt E
>
Tekening 3
Draai vanuit punt A, punt D op punt E, in de taille vallen nu de patroondeeltjes over elkaar, zie arcering.
>
Tekening 4
Meet de afstand G-F op en zet deze afstand af bij H-I
teken de gulp van de broek, rode lijn.
>
Tekening 5
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
Achterpand
Tekening 1
A-G is dezelfde afstand als B-C
Teken de rode lijn, C-G
Knip de lijn C-G door.
>
Tekening 2
Plak punt G op punt A en punt C op punt B
>
Tekening 3
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
———————————————————————————————
C. Alleen het Voorpand verlagen (voor bolle billen en platte buik)
Je wilt die extra lengte in de kruisnaad achter om te voorkomen dat de broek middenachter te laag wordt.
>
>
>
Voorpand
Tekening 1
A-D is dezelfde afstand als B-C
Teken de rode lijn, D-C
Knip de lijn C-D door.
>
Tekening 2
Plak punt D op punt A en punt C op punt B
>
Tekening 3
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
Achterpand
Tekening 1
G-H is dezelfde afstand als E-F.
Teken nu een lijn van F naar H door naar D, blauwe lijn
>
Tekening 2
Knip de lijn D door naar punt E, zorgt dat het patroon bij punt D een stukje vast blijft zitten, zodat er een draaipunt ontstaat
Knip de coupenaad uit het patroon
>
Tekening 3
Plak het zijachterpand op de pijp Punt E op punt F en punt G op punt H
>
Tekening 4
Draai vanuit punt D, punt G op punt H, in de taille wordt de coupenaad nu iets minder diep.
>
Tekening 5
Teken de taillelijn in het verlengede door, teken de kruisnaad in het verlengde door zodat punt K ontstaat.
I-M is de helft van de afstand L-K en J-N is ook de helft van de afstand L-K , dit wordt de nieuwe coupenaad.
Tekening 6
Teken het patroon bij volgens de rode lijn.
>
>
>
SUCCES!